Homilie van zondag 14 mei in de kerk van Kiezegem
Zusters en broeders,
Onze gemeenschap, onze samenleving lijkt grote
veranderingen te doorgaan. Wat is er de laatste 50 tot 100 jaar niet allemaal
veranderd. Het is bijna revolutionair. Onlangs vierden we in Sint-Joris-Winge
nog tante Bertha en ook onze koster van Meensel behoort tot die generatie. Ze
zijn geboren in een tijd dat alles nog met paard en kar gebeurde, de eerste
auto’s en vliegtuigen bestonden wel al, maar waren nog niet algemeen verspreid.
En nu, alles geautomatiseerd. En ook het kerkelijk leven, naar de mis alle
dagen, met pastoors en onderpastoors in één parochie, en verschillende
vieringen op zondag naar een kerkgemeenschap waar één priester verantwoordelijk
is over zes tot soms 24 à 25 gemeenschappen.
Nieuwe
ambten voor nieuwe tijden
Nu zou je denken dat die luxe aan bedienaren er
altijd geweest is, maar dat is niet helemaal zo. Kijk maar eens wat we hoorden
in de eerste lezing. Bij de eerste christenen wordt er gemord. De
Griekssprekenden zijn kwaad want er zijn geen genoeg verkondigers en dienaren
om hun weduwen te ondersteunen. De apostelen kunnen het werk niet meer alleen
aan. In die zin zijn ze vergelijkbaar met de huidige bedienaren van de kerk. Er
moet een oplossing worden gezocht om de velerlei taken die er in een
kerkgemeenschap zijn te reorganiseren. Ze vinden een oplossing door 7 mannen
aan te stellen: Stefanus, Fillipus, Prochorus, Nikanor, Timon, Parmenos en
Nikolaus. Hun functie kreeg ook een naam die hier in dit stukje niet vermeld
wordt, maar wel op een andere plaats. Beste broeders en zuster het zijn de
eerste diakens van de Kerk. Veranderde tijden vergen gewijzigde ambten.
Ook in onze tijd zijn we op zoek naar andere
ambtsdragers in onze kerk. Hier en daar duiken ze al op. Afgelopen maandag ging
ik op bedevaart met Okra naar Scherpenheuvel, waar ik enkelen van jullie gezien
heb en in de viering waren er niet alleen priesters en diakens als voorgangers
maar ook lekengelovigen mannen én vrouwen. Dat is al één voorbeeld. We zijn
niet alleen op zoek naar voorgangers voor onze parochies, maar ook mensen die
daadwerkelijk bepaalde deeltaken willen leiden en sturen en daar herder willen over zijn. In die zin
bouwen de lezingen van vandaag op wat we vorige week gehoord hebben. Wie volgt
zich geroepen om de boodschap van Jezus in onze samenleving uit te dragen: door
het Woord te verkondigen (Evangelisatie), uit te leggen aan de gelovigen
(Catechese), zorg te dragen voor de zwakkeren (Diaconie) en de financiële middelen
te beheren van deze deeltaken (Tijdelijke). Die verantwoordelijken zullen niet
de diaken en niet de priester zijn, die zullen zich blijven wijden aan de taak
waarvoor zij zijn aangesteld.
Algemeen priesterschap van alle gelovigen
Je hoort dikwijls zeggen; de Kerk zou getrouwde
mannen en vrouwen priester moeten laten worden. Wel broeders en zusters, ik heb
goed nieuws voor jullie. Jullie zijn allemaal
al priesters: mannen en vrouwen, jongens en meisjes, iedereen die
gedoopt is. Dat zeg ik niet alleen, Petrus,
onze eerste Paus heeft het u net verteld in de tweede lezing. Jullie zijn een
uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilige natie, Gods
eigen volk dat geroepen is om Gods boodschap, over zijn roemruchte daden te
vertellen. Jezus spreekt iedereen om zijn Blijde Boodschap te verkondigen.
Hij gaf aan allen de opdracht actief mee te werken
aan de verspreiding van het evangelie. Dat staat ook zo in een document van het
Tweede Vaticaans Concilie uit de beginjaren zestig dat spreekt over het
algemeen priesterschap van de gelovigen. Het priesterschap van de gelovigen
staat niet los van de ambtelijke priesters die door de bisschop gewijd zijn.
Zoals de priester in naam van Jezus Christus het Eucharistisch offer opdraagt,
zo oefenen wij, jullie en ik dit priesterschap uit
in het ontvangen van de Sacramenten, in het gebed en de dankzegging, door het
getuigenis van ons leven in de navolging van Jezus, door de Liefde van Jezus te
delen met anderen.
Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven
In het Evangelie dat we vandaag gehoord hebben,
geeft Jezus aan hoe we dat kunnen doen, zijn leven navolgen. ‘Ik ben de weg, de
waarheid en het leven’, zegt Hij. Toen ik die woorden las en zo hoorde, vond ik
dat wat pretentieus. Ondertussen heb ik geleerd dat deze wijze van spreken niet
ongewoon is in het Midden-Oosten, ook vandaag nog. Eigenlijk moet je dat
verstaan als: ‘Ik ben de waarachtige levensweg’.
Het léven van Jezus toont ons de weg. Iemand
vertelde me een voorval dat hem in
Egypte overkomen is. In de hoofdstad Caïro vroeg hij een man de weg naar een
museum. Die Egyptenaar antwoordde: ‘Ik ben de weg, volg mij’. Hij wilde daarmee
zeggen: ‘Ik moet ook die kant op, loop maar achter mij aan.’ Wij zijn dagelijks
geroepen Jezus achterna te gaan. Op die manier kunnen dus ook wij onderricht
geven aan onze medemensen. Jezus is de weg naar de Vader. Jezus zegt: ‘Wie mij
ziet, ziet de Vader’ (Joh. 14). Alleen als wij – net als Jezus – laten zien wie
God is, kunnen ook ánderen God leren kennen zoals Hij is, en hopelijk kiezen
voor een hechte verbondenheid met hem. Dat is onze gemeenschappelijk
verantwoordelijkheid, het is onze taak waartoe we geroepen zijn; het is het
algemeen priesterschap van alle gelovigen.
Hnd 6, 1-7: De
apostelen stellen zeven mannen aan voor de ondersteuning van de armen in de
gemeenschap.
Ps 33 (32), 1-2.4-5.18-19: “Geef ons, Heer, uw barmhartigheid, zoals wij op U
vertrouwen.”
1 Pe 2, 4-9:
Christus is de hoeksteen van de christelijke gemeenschap.
Joh 14, 1-12: Jezus is de weg, de waarheid en het
leven. Hij toont ons de weg naar de Vader.
Foto: Eerste diakens in de kerk © www.diaken.be
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Dank u wel voor uw reactie. Van zodra ze is nagelezen en goedgekeurd, zullen we ze publiceren.